We hebben meerdere locaties in eigendom, denk aan rioolwaterzuiveringen, werkplaatsen, kantoren en bijvoorbeeld gemalen. Het verharde oppervlak van en rond gebouwen, de drukte er omheen en het intensieve onderhoud ervan, maken dat relatief weinig planten- en diersoorten hier een plek vinden. Toch vormt het voor een kleinere groep soorten wel een leefomgeving.
Een aantal locaties vormen een beschutte plek in een open landschap. Het gaat hier om onbespoten terreinen en gazons. Er is broedgelegenheid voor vogels, er zijn zomer- en winterverblijven voor vleermuizen en bloemrijke gazons die lokaal van belang zijn voor insecten. Zeer zeldzame planten zijn te vinden op oude sluismuren in onze kanalen. En het groene dak van ons laboratorium is een voorbeeld van een kans voor vergroting van biodiversiteit.
We gaan de komende periode verder aan de slag met biodiversiteit op onze locaties. We willen het groen benutten rond gebouwen. Dit kan door het maai- en snoeiwerk rond de verschillende gebouwen gefaseerd uit te voeren en pleksgewijs te verschralen, het maai- en snoeiafval lokaal bij de gebouwen te composteren en door de plaatsing van nestkasten en insecten- en bijenhotels.